1: | Verwijder de
stronk van de bloemkool. |
2: |
Snij met behulp van een officemesje de bloemkool in roosjes. |
Met blancheren wordt beetgaar bedoeld.
[Sluiten]
|
|
3: | Was de
bloemkoolroosjes in ruim water met zout. |
4: | Breng het water
aan de kook, en voeg de bloemkoolroosjes toe
en kook deze beetgaar. |
5: | Schep de
bloemkoolroosjes uit de pan, en laat deze uitlekken. |
Zeer licht aanbakken in olie of boter zonder dat er verkleuring ontstaat met het doel dat het gefruite product beter zijn smaak stoffen af geeft.
[Sluiten]
|
|
6: | Serveer de
roosjes in de groenteschaal, en nappeer deze met de roomsaus. |
7: | Strooi een klein
beetje nootmuskaat over de bloemkool voor het doorgeven. |